donderdag 19 februari 2015

Hoeveel stippen?

Bij een kopje koffie in het Dolhuis (een leuk restaurant van een bijzonder museum in Haarlem), viel op dat een raam vol met lievenheersbeestjes zat. Allemaal met heel veel stippen, maar verschillend qua kleur. Aangezien het binnen nogal warm was, lijkt het er op dat dit lievenheersbeestjes zijn die uit hun winterslaap komen. De winterslaap brengen ze meestal gezellig met elkaar in grote getalen door.

Het aantal stippen dat een kevertje heeft, zegt niets over zijn leeftijd. Maar het zegt wel iets over het soort. Er bestaan veel verschillende soorten, die op het eerste gezicht veel op elkaar lijken. De meest voorkomende soort is het zevenstippige lievenheersbeestje. Met, je raad het vast, zeven stippen! Aan iedere kant drie en bovenop nog een. Voordat het lievenheersbeestje een kever is, is hij eerst een larve. Die lijkt nergens op dit schattige kevertje, maar is net als een volwassen lievenheersbeestje erg roofzuchtig.

Lievenheersbeestjes eten het liefst bladluizen, wel honderd op een dag. Ze worden zelfs ingezet bij bestrijding hiervan in kassen. Maar ze eten ook andere kleine diertjes en larven. Deze  weten ze ongeveer te vinden via reuk. Veel kevers kunnen heel goed ruiken, maar bijzonder slecht zien. Lievenheersbeestjes merken waarschijnlijk pas een bladluis op met de maxiliare palpen, twee zintuiglijke uitsteeksels aan de kaken.

Naast rood met zwarte stippen heb je ook lievenheersbeestjes in andere kleuren. Het veelkleurige aziatische lievenheersbeestje komt veel voor in Nederland en is er in oranje tot rood met een variatie in aantal zwarte stippen en in het zwart met diverse aantallen rode stippen. In totaal zijn in Nederland wel 59 verschillende soorten lievenheersbeestjes, dus teveel om op te noemen.

De rode zijn trouwens net zo giftig,  als die in een andere kleur. Maar alleen gevaarlijk voor vogels. De gele vloeistof die ze uitscheiden als ze bedreigd worden smaakt bitter, dus zullen vogels ze niet snel eten.

maandag 15 december 2014

Gewoon zwavelkopje

Het is ondertussen te koud voor paddenstoelen, maar niet zo lang geleden zag ik nog een mooi plukje staan.  Altijd als ik paddestoelen zie staan, vraag ik me af hoe ze heten. Met de telefoon bij de hand, maak ik een foto en zoek ze later op. Ik moet eerlijk zeggen dat ik afgelopen najaar niet veel in het bos ben geweest. Maar deze wilde ik toch delen.

Ik weet nu dat dit het gewone zwafelkopje is. Een vrij veel voorkomend soort, die giftig is.
Alhoewel hij vroeger werdt gebruikt bij reumatische klachten, geeft hij maag en darm problemen en kan hij de lever aantasten.

Vroeger dachten mensen dat paddenstoelen magisch waren, omdat van de een op andere dag het bos vol stond. Padden waren de huisdieren van heksen en tovenaars. De paddenstoel was hun zitplaats. Vandaar de naam.

De paddestoel is maar een klein stukje van het organisme. Onder de grond zitten draden die zwamvlok heten. De draden vormen een soort net en aan het uiteinde van de draden komt een paddenstoel. De zwamvlok samen met de paddenstoel heet zwam.

Het gewone zwavelkopje maakt sporen onder het hoedje. Dit zijn zaden voor nieuwe zwammen. Eigenlijk zijn paddenstoelen een soort bloemen, maar dan anders. 

vrijdag 7 november 2014

Hop

Hop zit in bier,  maar wat is het nu eigenlijk?

Tijdens het wieden van een verwilderd stukje van de moestuin vond ik ineens een hop plant. Ranken kronkelde zich omhoog langs een jonge eikenboom. 

Altijd blij met planten die zichzelf vestigen,  heb ik er meteen een ondersteuning bij gezet en de eikenboom bevrijdt. Hop groeit op alle grond soorten en heeft dus blijkbaar geen moeite met de zware klei van de tuin. 

Vroeger werd hop aan het bier toegevoegd als conserveringsmiddel, maar tegenwoordig alleen voor de smaak. Het maakt het bier bitterder.  Verse hopbellen geven veel meer aroma af, maar om te bewaren zijn ze te nat. In de meeste bier soorten zit dus gedroogde hop. Met uitzondering van een aantal speciale bieren, die worden gebrouwen na de oogst eind auguatus of begin september. 

De plant is familie van de hennep. Hij overwinterd als wortel stok en maakt in het voorjaar nieuwe scheuten. Deze nieuwe scheuten kunnen wel 7 meter lang worden. De plant is mannelijk of vrouwelijk,  maar alleen de vrouwelijke planten geven de hopbellen. Staat de juiste dus in mijn tuin, hiep hoi!

De stengels groeien het liefst verticaal en krullen zich altijd links om. Jonge scheuten zouden lekker moeten zijn. Misschien ga ik dat in het voorjaar proberen. Omdat hij kan gaan woekeren is het wel zaak hem in de gaten te houden. Gelukkig is snoeien geen bezwaar. 

dinsdag 28 oktober 2014

Strandgapers

Afgelopen zondag lag het strand vol met strandgapers. Zoals het soms vol ligt met scheermessen, een andere keer met zeeschuim of dan weer met gewone schelpen.

Ik had de strandgapers zelf nog nooit zo massaal op het strand gezien. Wel eens hier en daar een schelp, maar nooit met dier en al. In principe zijn ze goed ingegraven in de bodem van de zee en kunnen zo,  buiten bereik van krabben, best oud worden.  Een tien jaar oude strandgaper kan wel 40 cm diep in de bodem zitten.
Waarom ze dan massaal op het strand aanspoelen? Ik gok op een menselijke oorzaak. Misschien een visser die te veel over de bodem schraapte met zijn net?  Wie weet...

De naam "strandgaper" komt trouwens van het feit dat ze de schelpen, of kleppen zoals ze officieel heten,  niet helemaal kunnen sluiten, zoals bijvoorbeeld mosselen dat kunnen. Het lijkt dus of ze gapen.
Het zou zo zijn dat deze schelpdieren voor de dertiende eeuw niet voorkwamen in de noordzee. Men denkt dat de noormannen ze met hun tochten naar Amerika mee terug hebben genomen. Let wel,  dat is dus voordat Columbus daar toevallig belandde.

De "tong" die uit de schelp hangt heet een sipho. Dit is een soort in- en uitlaat, waardoor water wordt gezogen. Op deze manier kan de standgaper zich voeden met plankton.
Plankton waar zijn,  of moet ik zeggen haar,  eigen eitjes ook tussen kunnen zitten. Want een a twee keer per jaar in het voorjaar zet een vrouwelijke schelp meer dan een miljoen minuscuul kleine eitjes per keer af in het water.

zaterdag 30 augustus 2014

Spinnen!

Het lijkt wel herfst, zelfs de spinnen zijn in grote getalen zichtbaar. Vooral de kruisspin lijkt ineens tevoorschijn te komen.

In werkelijkheid waren al die spinnen er al. De grote dames,  want het zijn voornamelijk dames,  die je in hun web ziet zitten zijn bijna aan het eind van hun twee jarig leven. Ze hebben nu volwassen afmetingen bereikt en zitten in hun web te wachten tot er een man durft langs te komen. Omdat ze nu zo groot zijn,  zijn ze nu veel zichtbaarder.

De mannen blijven nu niet in een web zitten,  die gaan op pad. Op zoek naar de vrouwtjes. Maar dit is een gevaarlijke missie. Bij het paren gebeurd het vaak dat ze worden opgegeten.

De vrouwtjes leggen de eitjes en sterven dan ook. Het pakketje met spinnen eitjes blijft dicht tot het voorjaar.
In het voorjaar komen er heel veel mini spinnetjes tegelijk uit. Zo klein als ze zijn,  kunnen ze meteen een prefect wielweb maken. Bijzonder toch?

woensdag 13 augustus 2014

Spring balsemien

De spring balsemien staat weer volop in bloei! Deze plant valt voor veel mensen onder de onkruid, maar ik vind hem prachtig. De hommels zijn er ook altijd zeer blij mee, want die vliegen af en aan naar deze plant.

Deze rijk bloeiende plant blijft klein, als hij het slecht heeft. Onder goede omstandigheden zoals bij mij in de volkstuin heb ik ze ook bijna 1, 80 meter hoog gezien. De stam was wel 15 cm in diameter.

Niet slecht voor een 1 jarige. Maar geen zorg; een vorstnacht en alle planten zijn weg. Daarom ben ik er ook niet bang voor om hem in mijn tuin te laten staan.
Hij verspreidt zich wel razendsnel het jaar daarna. Maar hij laat zich ook makkelijk wieden, want de wortels zijn zeer ondiep.

De naam spring balsemien komt van de zaaddozen. Als deze rijp zijn, springen ze open bij aanraking. Altijd leuk om even te doen. Iedere keer verbaas ik me hoeveel kracht er achter zit.

Zaad bewaren om te zaaien is me nog niet gelukt. Misschien moeten ze een koude periode hebben. Dit jaar eens proberen of het lukt als ik het zaad voor de winter buiten gooi.

donderdag 15 mei 2014

In mei leggen alle vogels een ei.

Ondanks de warme lente zijn er nu nestjes met jonge vogels in overvloed. Gewoon zoals het hoort in mei.

Mezen maken dankbaar gebruik van de door mensen opgehangen nestkastjes.
De koolmees is makkelijk te verwarren met de pimpelmees. Toch is het verschil duidelijk te zien.  Een koolmees heeft een zwart petje, de pimpelmees is boven op zijn koppie blauw.  De veertjes staan daar een beetje alsof hij net zijn bed uit is.

Bijzonder genoeg maakt 2 mm het verschil tussen pimpelmezen of koolmezen als bewoners van een huisje.  Maak je een gat rond 32 mm en er komen alleen koolmezen in.  Met een gat rond 30 mm zal het huisje uitsluitend bewoond worden door pimpelmezen.